dinsdag 30 augustus 2011

Pesten, wat moeten we er mee?

Een bijdrage van Rinus Rodenburg, artikel over pesten

Pesten, wat moeten we er mee?

In ieder land, in elke leefsituatie en in elke leeftijdsgroep wordt gepest en elke pesterij is anders. De dingen waarmee wordt gepest zijn zo talrijk dat het onmogelijk lijkt om pesterijen met een universele methode te bestrijden. De vele methodes welke inmiddels zijn ontwikkeld hebben blijkbaar geen van allen hun doel bereikt want er verschijnen steeds weer nieuwe varianten. Dit artikel beperkt zich tot pesterijen tussen kinderen in de leeftijdsgroep van acht tot en met vijftien jaar.
Vrijwel alle anti-pestmethodes voor deze leeftijdsgroep zijn gebaseerd op de vrijwillige medewerking van de pester. Als de pester enige vorm van medewerking weigert dan wordt de methode onbruikbaar terwijl diezelfde methode geheel nutteloos wordt als de pester besluit juist wel mee te werken aan het stoppen van door hem of haar uitgevoerde pesterij. Pesten is niet verslavend zodat er geen enkele reden is om stappenplannen en tijdschema's op te stellen welke de voortgang, ten aanzien van het voorgenomen besluit om te stoppen, moeten controleren. Pesten gebeurt omdat er geen adequate consequenties voor de pester zijn en er hierdoor ook geen preventieve werking van de methode uitgaat. Een voorbeeld daarvan is het veel geprezen pestprotocol omdat dit de indruk wil geven dat de door de kinderen gemaakte regels, onder leiding van de leerkracht, dwingende afspraken zijn. Nu is het maken van afspraken met kinderen al bijzonder moeilijk maar als kinderen ook nog afspraken met elkaar gaan maken dan wordt het wel heel erg lastig om tot een eenduidig beleid te komen. Mocht een van de kinderen zich niet aan de door hem of haar ondertekende regels houden dan is de leerkracht eigenlijk machteloos want je kunt van een kind, jonger dan vijftien jaar, niet eisen dat het zich aan de door henzelf gemaakte afspraken houdt. De toelichting hierop staat in de volgende alinea.
Pesterijen kunnen niet worden voorkomen en daarom moeten we ook niet de wil hebben dit te doen, maar we kunnen pesterijen wel laten stoppen door hier consequenties aan te verbinden welke een negatieve uitstraling op een pester hebben. Door deze benadering kan er zelfs een preventieve werking vanuit gaan. De meest eenvoudige stap tot het terugdringen van het aantal conflicten is een duidelijk en daadkrachtig anti-pestbeleid dat met grote regelmaat onder de aandacht van de leerlingen wordt gebracht. Bij daadwerkelijke conflicten zijn het begrijpen van de situatie, de betrokkenen en vooral het daadkrachtige beleid van essentieel belang.

Om de situatie te begrijpen is het belangrijk te weten dat sommige conflicten worden veroorzaakt door een beschadigd of (nog) niet tot ontwikkeling gekomen deel van de hersenen van de pester. Voor kinderen met een leeftijd tot ongeveer 15 jaar zijn de onderontwikkelde hersenen mogelijk van toepassing. Het deel van de hersenen waarin het verband tussen oorzaak en gevolg wordt verwerkt is pas rond het 14e levensjaar voldoende ontwikkeld. Het is ook om die reden dat ouders/verzorgers wettelijk aansprakelijk zijn voor het doen en laten van het kind dat de leeftijd van 15 jaar nog niet heeft bereikt. De Belgische wetgeving spreekt zelfs van een leeftijdsgrens van achttien jaar, ofwel de ‘jaren des onderscheids'.
Naast de wettelijke aansprakelijkheid is ook de morele aansprakelijkheid van toepassing. Men behoort een kind zodanig op te voeden dat het anderen niet tot last is. En daarmee komen we bij de kern van de pesterijen. We hebben namelijk wèl last van de pesters. Het zou voor de hand liggen om de ouders te vragen dit gedrag te corrigeren maar meestal worden zulke verzoeken opgevat als een inmenging in de vrijheid van het opvoeden. Op- of aanmerkingen over het gedrag van een kind wordt door diens ouders als een persoonlijke aanval ervaren. Dit heeft er toe geleid dat er anti-pestmethodes zijn bedacht om het slaande, schoppende, krabbende of scheldende kind met fluwelen handschoentjes aan te pakken. Als gevolg hiervan is de bescherming van de pester een prioriteit geworden. Ter illustratie: 'Meester, ik word gepest!' leidt tot de vraag 'Word je gepest of geplaagd?' En tot 'Ik zal er eens op letten!' Vergelijk dit eens met de situatie waarin de auto van de meester bekrast wordt: 'Meester, uw auto wordt bekrast!' 'Bedoel je krassen of poetsen?' en; 'Ik zal er eens op letten!'

De reactie van de pester (en diens ouders) heeft tot gevolg dat er methodes zijn, en worden, ontwikkeld welke niet de oorzaak maar de gevolgen van de pesterijen aanpakken. Deze opmerkelijke benadering lijkt legitiem want het slachtoffer heeft ook 'schuld'. Het heeft ADHD, PDDNOS, rood haar, het stottert, is homo, et cetera. Maar een kind wordt niet gepest vanwege iets; het wordt gepest mèt iets.

Pesten speelt zich af tussen twee personen, een pester en een gepeste, meer niet! Het is onjuist te denken dat pesten een groepsproces is. De groep heeft een leider en deze bepaalt het gedrag van de groep. Om de gedragingen van de groep te veranderen zullen de opdrachten van de leider moeten veranderen. We vinden dit terug in elke gezelschapsvorm waarin sprake van samenwerking moet zijn. De sportclub heeft een aanvoerder, het bedrijf heeft een chef en het leger heeft een generaal. Het is uiterst belangrijk om elke actie die gericht is tegen de pesterijen van een groep, te richten op de leider van die groep. Om inzicht in het groepsgedrag van de peergroup van de pester te krijgen is de ervaring en deskundigheid van de docent nodig. Deze kent de kinderen in de groepsituatie en kent ook de leider binnen de peergroup. De inbreng van deze kennis kan van doorslaggevend belang zijn bij het oplossen van aan pesten gerelateerde conflicten.


Basisregels voor het stoppen van pesterijen:

Stap 1
Direct stoppen met pesten.

Pesten veroorzaakt schade. Niet alleen materiële- maar ook emotionele schade en letselschade. Daarnaast is er derving van levensvreugd. Naarmate de pesterijen voortduren zal de frequentie en ernst van de pesterijen toenemen en zullen ook de klachten verergeren. Er is dus alle reden om de pesterijen zo snel mogelijk te stoppen. Dit kan door de pesterijen schriftelijk vast te leggen met een vragenformulier voor zowel het gepeste kind als de pester. Kopieën van deze twee vragenformulieren worden door de wederzijdse ouders ter kennisneming getekend en de eerstvolgende schooldag ingeleverd bij de leerkracht. Op het vragenformulier van de pester staat de opdracht aan diens ouders hun kind direct te laten stoppen met pesten. Dit is geen vrijwillige opdracht want geen of onvoldoende medewerking hieraan kan civielrechterlijke gevolgen hebben. De school is in deze geen strijdende partij! Zij heeft een bemiddelende en adviserende rol in plaats van een probleemoplossende taak. Op deze wijze blijft de vertrouwensrelatie met de school ongeschonden.
De pester krijgt een Pauzekaartje waarmee het voor een periode van minimaal één week, elke aanwezigheid op het schoolplein bij aanvang moet melden bij de pleinwacht.


Stap 2
Schade opnemen.

Hoe groot is de door het pesten veroorzaakte schade? Welke stappen moeten er worden gezet om de schade te laten vergoeden of te compenseren? Het vaststellen van de schade is het werk van deskundigen. Bijvoorbeeld de fietsenmaker, de dokter, de psycholoog enzovoort. In de meeste gevallen gaat het om geringe materiële schades welke onderhands kunnen worden afgewikkeld. Voor complexere schades is het raadzaam juridisch advies in te winnen of een beroep te doen op de rechtsbijstandverzekering.


Stap 3
De situatie terugbrengen naar hoe deze was vóór de pesterijen waren begonnen.

Materiële schade is vrij eenvoudig te vergoeden, dit in tegestelling tot emotionele schade. Afhankelijk van de ernst van de pesterijen kan de emotionele schade zich destructief openbaren. Dit geldt voor zowel de pester als het slachtoffer. De pester moet sociaal gedrag aanleren en het slachtoffer moet geholpen worden het zelfrespect en zelfvertrouwen terug te winnen. In beide gevallen moet deskundige hulp worden ingeroepen. Een laag zelfbeeld, stress, hoofdpijn en bedplassen zijn de meest bekende klachten welke een direct gevolg zijn van pesterijen, maar de belangrijkste klacht wordt meestal niet genoemd: uitsluiting! Een gepest kind wordt buitengesloten, geïsoleerd en zelfs verstoten. Elk contact met een leeftijdgenoot wordt 'verboden' en dat juist op het moment dat die sociale contacten zo belangrijk zijn om als een evenwichtig persoon op te groeien. Het relativerend vermogen van zowel de peergroup als de beste vriend(in), maakt dat relatief onbelangrijke gebeurtenissen een enorme inslag kunnen hebben op de verdere emotionele ontwikkeling.

Slachtoffers van pesterijen zijn de pesters èn de gepesten. Beiden moeten geholpen worden om later een volwaardig zelfstandig leven te kunnen leiden. Pesterijen moeten zo snel mogelijk worden gestopt en langdurig worden voorkomen. Met het Pestbriefje kan dit bereikt worden. Het Pestbriefje kan ook zorgen voor schadeloosstelling maar voor het vervolg hierop, de begeleiding tot een volwaardig leven, is de inzet van een deskundige coach onmisbaar.

Als vader van een gepest kind vind ik het onbegrijpelijk dat:
• pesterijen zo lang mogen voortduren;
• het zo lang duurt voor de ouder wordt geïnformeerd;
• deskundigen al 30(!) jaar onderzoek doen en nog steeds geen werkende methode hebben gemaakt;
• er geen enkele methode is die gebruik maakt van de deskundigheid van leerkrachten en coaches;
• er zo weinig samenwerking is op dit gebied.


Met het Pestbriefje hoop ik dit te veranderen. Op www.pestbriefje.com kunt u het gratis proefpakket downloaden en eventueel op de school van uw kinderen kenbaar maken.

Samen spelen, samen leren, samen werken. Daar hoort pesten niet bij!


Rinus Rodenburg
VOF Het Pestbriefje

Geen opmerkingen:

Een reactie posten