vrijdag 30 maart 2012

Verslag bijeenkomst mantelzorgers GGZ

Mantelzorg GGZ

Onlangs ontving ik een uitnodiging van Lori van Egmond, directeur Vriendendiensten te Deventer.
Of ik wilde deelnemen aan een bijeenkomst voor mantelzorgers gericht op de GGZ.

Deze is georganiseerd in samenwerking met Carinova (thuishulporganisatie), Dimence (GGZ), Wmo Gemeente Deventer en Vriendendiensten Deventer.

Doel van deze bijeenkomst was het in kaart willen/kunnen brengen waar ondersteuning geboden kan/moet worden bij deze doelgroep.
Daarbij wil ik vermelden dat ik mijzelf, ook ten tijde van de uitnodiging, mijzelf niet als mantelzorger zag. Wel dat ik een zekere mate van structurele overbelasting bij me draag.

In een informele en goed verzorgde sfeer met o.a. koffie en thee, zijn de genodigden ontvangen in het gebouw van Vriendendiensten Deventer.
De avond werd geopend door een kleine voorstelronde van de personen bij de betrokken organisaties.

Hierna werd in een minidocumentaire een situatie vanuit de praktijk getoond:

Een echtpaar waarvan de partner een psychiatrische aandoening heeft en de andere partner de zorg op zich neemt.
Gaandeweg deze film werden de raakvlakken met mijn eigen situatie steeds groter. In dien verstande dat het niet uitmaakt of het de zorg om een partner, ouder, kind of anderszins gerelateerd betreft.
De taal van de druk, de zorg(en), het vanzelfsprekende karakter van zorg aan een familielid evenals de last is in alle opzichten gelijk.

Na de korte documentaire is een medewerkster van Carinova inhoudelijk dieper ingegaan op het principe mantelzorg.
Zo werd heel helder weergegeven wanneer het mantelzorg betreft en wanneer vrijwilligerswerk.
Zo moet ik bekennen dat ook ik niet zo’n heel juist beeld had binnen deze verhoudingen.

Kort weergegeven is een mantelzorger iemand die niet voor deze rol kiest maar het ontstaan is vanuit een relationele sfeer. Tevens is dit een rol die 24 uur per dag aanhoud. Risicofactor hierbij is fysieke en/of psychische overbelasting.

Een vrijwilliger doet het, zoals de naam het uiteraard al weergeeft, vrijwillig. Deze kan uit hoofde van zijn ‘rol’ bepalen wanneer hij/zij het ‘werk’ inplant. Hier is dan ook geen sprake van risico op fysiek- danwel psychische overbelasting.

Er zijn meerdere kenmerken inzake mantelzorg vs vrijwilligerswerk, echter wil ik het voor nu bij deze omschrijving laten.
Voor mij was het in elk geval een totaal nieuwe kijk op zaken.

Terugkomend op de essentie van deze avond wil o.a. de afdeling Wmo (wet maatschappelijke ondersteuning) van de gemeente Deventer op deze wijze achterhalen waar en hoe ondersteuning geboden kan worden aan deze doelgroep.

In mijn persoonlijke geval betreft het ondersteuning qua werkvoorziening en een passende oplossing voor opvang voor mijn kind.
De kinderopvang in zowel de reguliere als medische vorm blijkt niet geschikt voor mijn zoontje.
Dit werpt meteen een beperking op voor mij als potentieel werkneemster met alle gevolgen van dien.
Dan is het een zeer prettig idee om te ervaren dat de bovengenoemde organisaties zich willen inspannen om samen met de mantelzorger in mogelijkheden (ondersteuning) te denken.

Dat mijn sociale contacten door de grote zorgvraag op een lager peil is komen te staan is voor mij en mijn omgeving goed te ondervangen.
Anders wordt het als er (terecht) vanuit de WWB (wet werken en bijstand) druk wordt uitgeoefend om weer deel te nemen aan het arbeidsproces.

Echter, is mijn verantwoordelijkheid als moeder erg groot in het geval van mijn zoontje. Bij dit kind kun je geen compromissen te sluiten. Langdurige overvraging door middel van naschoolse opvang of opvang door een gastouder al dan niet in eigen omgeving mondt uit in extreem agressief gedrag naar de ouder.
Naast de rol als werkneemster ben je bij aankomst thuis de ouder, de buffer, de susser, en pedagogisch werker.
Nadat je als multitasker het kind met zijn complexe karakter op bed hebt kunnen krijgen zal het verdriet, het stukje wanhoop, het stukje zorgen voor-om- en aan een plaats moeten krijgen.
Echter, het besef dat je niet (lang) hierbij stil moet blijven staan komt dan evenredig hard voorbij en zo ga je naar de volgende dag. Elke dag weer.

Dit is slechts mijn deel van het zwaartepakket. Zo zijn er duizenden met mij die op hun eigen wijze en met hun eigen problematiek intensief zorgen in de breedste zin des woords voor een naaste. Iedere dag weer, al dan niet gecombineerd met werk. Erover klagen is geen optie en opgeven komt zeker niet in de vocabulaire voor, immers, is het niet vanzelfsprekend te zorgen voor die broer, zus, kind, ouder, neef, oom, oma en ga zo maar door.

Op deze avond is dan ook zeer terecht opgemerkt dat de opkomst, ondanks o.a. publicatie in stedelijke dagbladen, flyers op een school voor speciaal onderwijs etc., laag was.

Hoe meer mantelzorgers binnen de GGZ kunnen aangeven waar ondersteuning geboden is, des te groter de persoonlijke mogelijkheden zullen zijn op verscheidene, al dan niet maatschappelijke vlakken.
Daarbij in ogenschouw houdend dat men ook daadwerkelijk erkend en/of weet wanneer men een mantelzorger is.

Ik wil daarom de bovengenoemde organisaties, en met name Lori van Egmond, enorm bedanken voor de mogelijkheid die ik heb gekregen door mijn verhaal te kunnen vertellen. Met steeds meer een beetje hoop richting Werken & Zorgen met als trefwoord “Maatwerk”.


Angelique Bergsma

Geen opmerkingen:

Een reactie posten